Je weet het niet, of je wilt het niet weten … Microben, duizendpoten, wormen en mollen. In de aarde onder onze voeten wemelt het van leven waar je meestal weinig van merkt.
Maar er gebeurt ondergronds nog veel meer. Er bestaan, al veel langer dan mensen hun ideeën erop loslieten, netwerken van schimmels, waarmee planten en bomen niet alleen voedingsstoffen, maar ook informatie uitwisselen. Deze draadachtige systemen van mycelium verspreiden zich onder de bosbodem en verbinden de wortels van bomen die heel ver uit elkaar staan.
Wetenschappers hebben dit eeuwenoude netwerk nu heel modern het Wood Wide Web of Earth’s Natural Internet genoemd. Nu wisten veel mensen die dicht bij hun natuurlijke basis zijn gebleven al heel lang dat alles op deze aarde met elkaar verbonden is. Eindelijk is het nu ook wetenschappelijk bewezen en zit het niet meer in het spirituele verdomhoekje.
Schimmel-internet
Wist je dat schimmels, net als onze eigen zenuwcellen, met elkaar communiceren door middel van elektrische signalen? Ze hebben een eigen taal met een unieke woordenschat. Aha! En daar luisteren wij natuurlijk graag naar!
De wetenschap ontdekte dat een wiskundige analyse van de structuur van deze signalen aantoont dat ze voorkomen in reeksen die vergelijkbaar zijn met de reeks woorden in menselijke talen. Verschillende soorten schimmels genereren ‘zinnen’ van verschillende complexiteit. Van binnen juichen wij, taalmensen, nu: “wat mooi en wonderlijk”
Schimmels blijken bijzondere wezens op deze wereld: ze koloniseren bodem, voedsel en organismen. Ze vormen uiterst fijne draadjes, laten minuscule sporen achter en maken indrukwekkende vruchtlichamen. Ze veroorzaken ziektes en produceren antibiotica. En blijkbaar kunnen ze dus ook elektrische signalen verzenden als taal.
Planten communiceren met elkaar via het schimmel-internet van de natuur. Dat schimmels fantastisch zijn wisten we al: we hebben bier, sojasaus en penicilline bijvoorbeeld te danken aan paddenstoelen. Deze fascinerende organismen stellen planten dus ook in staat om via een soort sociaal netwerk, avant la lettre, informatie en voedingsstoffen uit te wisselen.
Communicatie via elektrische signalen
Andrew Adamatzky van de University of the West of England in Bristol heeft deze elektrische impulsen onder de loep genomen en ontdekte dat ze een manier van communicatie vormen.
“Er is vroeg bewijs dat schimmels inderdaad reageren op mechanische, chemische en visuele stimuli door het patroon van hun elektrische activiteit te veranderen”, legt hij uit.
Om de taal van schimmels te ontcijferen, bestudeerde hij de signalen van vier verschillende schimmelsoorten. Deze zijn:
- de Australische spookpaddenstoel, een giftige paddenstoel die oplicht in het donker;
- de eetbare paddenstoel Enoki, die voornamelijk in Azië wordt gekweekt, maar ook in Europa voorkomt;
- de gemeenschappelijke vormsnoei: die groeit op loof- en naaldbomen;
- de pop cordyceps; een parasitaire zakschimmel.
Verschillen tussen schimmelsoorten
Hoe ging Adamatzky te werk? Eerst heeft hij deze aanwezige elektrische signalen met elektroden gemeten, die hij ofwel rechtstreeks in de schimmel plakte, ofwel in de onderlaag waarin de schimmel groeide.
Hij ontdekte zo dat elke soort zijn eigen, herkenbare communicatiepatroon heeft. Ze hebben eigen accenten en dialecten. Ze genereren pieken van elektrische activiteit op verschillende afstanden en sterktes. “Deze zijn vergelijkbaar met de activiteit van zenuwcellen, die geven ook signalen af op verschillende momenten, in verschillende sterktes en in reeksen”, legt Adamatzky uit. “Ik heb opgemerkt dat de pieken, ik noem ze spikes, vaak in een serie verschijnen.”
Groot verschil bij zenuwcellen, is dat die binnen enkele seconden signalen ‘afvuren’. Bij schimmels lijkt dit proces rustiger te verlopen. “De duur van de pieken varieert tussen de 1 en de 21 uur” meldt de onderzoeker. “Intervallen tussen pieken variëren tussen ongeveer dertig minuten tot enkele uren, zo rustig is het in ons zenuwstelsel nooit.”
Paddenstoelen afluisteren
Adamatzky gebruikte wiskundige formules om te analyseren of er een structuur zit achter de opeenvolging van de ‘slow motionsignalen’ van schimmels. De opeenvolging van pieken in de elektrische activiteit van de schimmels zijn als lettergrepen in woorden, waarbij hij de lengte van de woorden en de complexiteit van de resulterende ‘zinnen’ analyseerde. Het resultaat: “De verdeling van de lengtes van woorden, gecommuniceerd door schimmels, komt overeen met die van menselijke talen.”
Volgens de analyse hebben de schimmels een verbazingwekkend grote ‘woordenschat’: “De cactus en de spookpaddenstoel gebruiken maximaal 50 woorden”, zo zegt Adamatzky. “Het gespleten blad genereert de meest complexe zinnen, gevolgd door de poppenkernclub.”
Verder onderzoek in kinderschoenen
In toekomstige studies wil Adamatzky zoveel mogelijk andere paddenstoelensoorten analyseren en ook proberen mogelijke grammaticale constructies op te sporen. We zijn als mensen toch ook wel veel met onszelf bezig, ook al zijn er zulke complexe structuren en communicatievormen om ons heen! “Tot nu toe hebben we de taal van katten en honden bijvoorbeeld niet eens ontcijferd, ook al leven we al eeuwen met ze.”