Je hebt vast weleens een Arabisch woord of stukje tekst gezien. De tekens herken je vast, maar wat ze precies betekenen, is misschien een raadsel voor je. Het Arabisch is de officiële taal in meer dan twintig landen, van Noord-Afrika tot het Midden-Oosten, en is tegenwoordig een van de meest gesproken talen ter wereld. Daarnaast is de taal onlosmakelijk verbonden met de islam. Het is de taal van de Koran en wordt ook wel beschouwd als de ‘moedertaal van de islamitische wereld’. Maar hoe zijn de religie en de taal eigenlijk zo groot geworden? Ga mee op een reis door de geschiedenis en ontdek hoe de Arabische taal en de islam zich zo wijd hebben verspreid.
Oost west, zijde best
Zo’n 2500 jaar geleden, lang voor het ontstaan van de islam, heersten de Perzen over een gebied dat zich uitstrekte van Egypte tot een deel van het Himalayagebergte. Er werd een wegennet ontwikkeld van zo’n 2500 kilometer dat het Middellandse Zeegebied met het centrum van Azië verbond en zo voor een bloeiende handel in het enorme rijk zorgde. Door de oude Grieken kwam deze route ook wel bekend te staan als de ‘Perzische Koninklijke Weg’.
Toen de jongvolwassen Alexander de Grote in 336 v.Chr. de troon besteeg, had hij zijn ogen al op het oosten gericht. In een tijdsbestek van ongeveer tien jaar wist hij een groot deel van het Perzische Rijk te veroveren voordat hij op jonge leeftijd stierf. In de eeuwen die volgden, wisten de Romeinen steeds meer voet aan de grond te krijgen in het huidige Midden-Oosten. Ook in China ontstond er in 206 v.Chr., na de opkomst van de Han-dynastie, een steeds grotere drang om het rijk uit te breiden. Toen de keizer ontdekte dat er in het Romeinse Rijk veel interesse was in Chinese zijde, zette hij alles op alles om een route naar het westen te creëren.
Zo ontstond er door indirecte samenwerking een route van zo’n 8000 kilometer die het Middellandse Zeegebied en het Midden-Oosten verbond met China en het verdere oosten van Azië. Via deze ‘brug’ werd niet alleen koopwaar verhandeld, maar werden ook geloofsovertuigingen verspreid. Zowel het christendom en het boeddhisme als kleinere religies werden via de zijderoute naar andere plekken overgebracht. Maar toen in het Romeinse Rijk en Centraal-Azië veel mensen stierven als gevolg van de ‘Pest van Justinianus’ in de zesde eeuw, brak er een onrustige periode uit. Het Romeinse Rijk belandde in een economische depressie. Het weer opkomende Perzische Rijk profiteerde hiervan door een oorlog tegen de Romeinen te beginnen.
Van handelaar tot profeet
Tijdens deze periode, aan het begin van de zevende eeuw, ontving de handelaar Mohammed honderden kilometers verderop de eerste openbaringen van Allah via de engel Djibriel. Toen hij daarna, in opdracht van Allah, als profeet deze openbaringen over het Arabisch Schiereiland probeerde te verspreiden, ondervond Mohammed in eerste instantie erg veel weerstand van andere stammen en bevolkingsgroepen. Naarmate de economische situatie op het Arabisch Schiereiland steeds meer onder druk kwam te staan door de Romeins-Perzische oorlog, bekeerden echter steeds meer mensen zich tot de islam.
De steun van de plaatselijke bevolking speelde ook een belangrijk rol in de verspreiding van de religie en de uitbreiding van het islamitische rijk. De Perzische steden en zelfs een aantal christelijke steden die in de handen van Mohammeds volgelingen vielen, wilden enkel veiligheid en capituleerden zodra de veroveraars dat garandeerden. Hierdoor konden de moslims vrij gemakkelijk en met minimale tegenstand hun rijk steeds verder uitbreiden en hun religie verkondigen. Ook van het Romeinse Rijk wisten de moslims steden en gebieden over te nemen. Hiermee bevrijdden ze de Joden die daar leefden van het Romeinse juk en de daarmee gepaard gaande onderdrukking. Dit zorgde ervoor dat zij de moslims steunden in de uitbreiding van het islamitische rijk, dat steeds meer vorm kreeg.
Storm op komst
Na het overlijden van de profeet Mohammed voltrok zich echter ook een strijd binnen de islam. Mohammeds volgelingen waren het oneens over wie de profeet moest opvolgen. Deze onenigheid veroorzaakte een splitsing binnen de religie. Volgens de sjiieten was Ali, de neef van Mohammed en een van zijn eerste bekeerlingen, zijn rechtmatige opvolger. Soennieten zochten hun nieuwe leider echter niet in de directe familie van Mohammed, maar bij zijn hechte vrienden en volgelingen.
Deze interne strijd binnen de islam zorgde voor een verharding in de houding naar niet-moslims, waarmee ook een einde kwam aan de religieuze verdraagzaamheid die de islam tot dan toe had getoond richting het christendom en het jodendom. De aandacht kwam namelijk meer te liggen op het bekeren van de plaatselijke bevolking, wat gepaard ging met een steeds vijandigere houding. Pas in deze periode werden de openbaringen van de profeet Mohammed opgeschreven in de Qur’an, afgeleid van het Arabische werkwoord voor ‘lezen’ of ‘voordragen’, het boek dat wij tegenwoordig kennen als de Koran.
Een groeiend begrip
Ondanks de woedende strijd in het hart van de moslimwereld was de expansiedrang niet te stillen. De moslims waaierden via de handelsroutes en verbindingswegen waarvoor voorgaande rijken het grondwerk hadden gelegd in alle richtingen uit: naar Egypte, Iran, Palestina, Noord-Afrika, Spanje en Centraal-Azië. Handelsroutes, oases, steden en havensteden werden veroverd, waardoor er steeds meer geldmiddelen en goederen beschikbaar kwamen. Daar waar het Romeinse Rijk aan de rand van de afgrond stond, bloeiden de gebieden die onderdeel werden van het moslimrijk juist enorm op. Ondertussen heerste er in Centraal-Azië wanorde na de ineenstorting van het Perzische Rijk, waarmee voor de moslims de weg werd vrijgemaakt om steeds verder naar het oosten te trekken. Aan het begin van de achtste eeuw bereikten ze China.
Met de enorme uitbreiding van het moslimrijk groeide ook de invloed van de islam en de Arabische taal. Deze Semitische taal heeft een eigen alfabet dat bestaat uit 28 letters en wordt van rechts naar links geschreven. Handelaren brachten hun taal en religie naar plekken waar ze handel dreven met de plaatselijke bevolking en lieten er hun indrukken en kennis achter. Ook droegen huwelijken tussen Arabischsprekenden en anderstaligen bij aan de verspreiding van de taal, evenals migratie vanaf het Arabisch Schiereiland naar andere plekken in het rijk, of dat nu het huidige Marokko was of Afghanistan. O, en weet je nog dat ik vertelde dat Mohammeds openbaringen pas na zijn dood werden opgeschreven in de Koran? Dit heilige boek werd geschreven in het Arabisch. Eenieder die zich in het gigantische rijk tot de islam bekeerde, moest dus Arabisch leren om de boodschap van de Koran te kunnen begrijpen. Vertalingen waren destijds immers nog niet zo in omloop als tegenwoordig.
Meer, meer, meer!
Als je dacht dat de uitbreiding van het Arabisch daar ophield, heb je het mis! Vanaf het jaar 750 begon een tijdperk dat nu ook wel bekendstaat als de islamitische gouden eeuw. Dit was een tijd waarin enorme ontwikkelingen plaatsvonden op het gebied van taalkunde, literatuur, filosofie, theologie, wiskunde, geneeskunde en meer. In deze periode groeide het Arabisch uit tot de voorkeurstaal van veel geleerden en kwamen er steeds meer Arabische vertalingen van literatuur en poëzie tot stand.
Het centrum van deze ontwikkelingen was Bagdad. Deze stad werd in de tweede helft van de achtste eeuw gesticht vlak bij de zijderoute onder de naam Madinat as-Salam, oftewel ‘de stad van de vrede’, toen het islamitische rijk zijn hoogtepunt qua oppervlakte en welvaart bereikte.
Een van de ontwikkelingen die je nog steeds kunt terugvinden, is ons cijfersysteem. De cijfers die je vandaag gebruikt, stammen af van de Arabische cijfers. Wist je dat het woord ‘cijfer’ afstamt van het Arabische ṣifr, wat ‘nul’ betekent? Wij Europeanen namen het woord ‘cijfer’ in de betekenis ‘nul’ over omdat er bij ons nog geen term was voor dit rekenkundige begrip. Rond het jaar 1500 begonnen we hiervoor het woord ‘nul’ te gebruiken en kreeg het woord ‘cijfer’ de huidige betekenis, een getalteken in het algemeen.
Rond het jaar 1250 kwam er een einde aan de islamitische gouden eeuw, toen de kruistochten in volle gang waren en de Mongolen onder Dzjengis Khan vanuit het oosten gebieden veroverden. Zoals je hebt gelezen, heeft de Arabische wereld echter een enorme invloed gehad op onze samenleving die je nog overal terugvindt. Nu je meer weet over de verspreiding van de islam en de ontwikkeling van het Arabisch tot een van de meest gesproken talen ter wereld, hoop ik dat je benieuwd bent naar nog meer aspecten van de Arabische cultuur. Er is nog veel meer te ontdekken, en ik neem je graag verder mee op reis door de Arabische wereld!